Er is een groeiende onrust over hormoonverstorende stoffen in plastic verpakkingen. Talrijke onderzoeken laten zien dat zelfs minimale hoeveelheden al effect hebben op onze hormoonhuishouding. Het zijn met name de stoffen BPA en ftalaat.
BPA
BPA ofwel Bisfenol A is een synthetische organische verbinding, afgeleid van fenol en wordt voornamelijk gebruikt bij de productie van bepaalde soorten plastic. Via plastic verpakkingen kan deze stof in het voedsel terecht komen. Het is bijvoorbeeld bewezen dat bij verhitting BPA vrijkomt en in de voeding terecht komt, met als gevolg dat bij bijna iedereen in de westerse wereld Bisphenol A in het lichaam kan worden aangetroffen. De meeste flessen met bronwater bevatten BPA. Er is toenemend bewijs dat BPA – zelfs in zeer geringe hoeveelheden – minder onschuldig is dan werd aangenomen. BPA brengt namelijk de hormoonhuishouding in de war met als mogelijk gevolg een vergrote kans op borst- en prostaatkanker en verminderde vruchtbaarheid. Meer informatie over BPA vindt u hier.
Ftalaat
Ftalaten zijn weekmakers. Het zijn kleur- en geurloze chemische stoffen die onder andere worden gebruikt voor het maken van inkt, lijm en parfum. Ftalaten zijn vooral bekend als weekmakers in plastics zoals PVC. Als een plastic zo stevig is dat er weinig meer mee gedaan kan worden, wordt er een weekmaker aan toegevoegd. Deze ftalaat weekmakers staan al 20 jaar onder druk vanwege de vermeende negatieve effecten op het milieu en de volksgezondheid. Er is zeer veel onderzoek gedaan naar de schadelijkheid van de diverse ftalaten. Verschillende onderzoeken uit de afgelopen jaren laten schadelijke effecten zien van ftalaten op onze hormoonhuishouding. Informatie over ftalaten vindt u hier.